De wet bepaalt dat veldspuiten, voor neerwaarts spuiten, moeten voldoen aan de eis van minimaal 75% driftreductie. Er is een lijst, de zogenaamde DRT-lijst, waarop alle goedgekeurde spuittechnieken staan. U kunt zo dus eenvoudig nagaan of uw veldspuit aan de wet voldoet. Deze DRT-lijst wordt regelmatig aangepast.

Verder geldt dat uw veldspuit gekeurd moet zijn door SKL.

Om uw techniek op de DRT-lijst te krijgen moeten er twee stappen worden doorlopen:

1. De techniek moet worden onderzocht op de mate van driftreductie. Momenteel wordt dit onderzoek uitgevoerd door Wageningen University and Research in Wageningen. Op de website vindt u onder andere het aanvraagformulier voor het onderzoek en het gebruikte meetprotocol.
2. Op basis van het uitgevoerde onderzoek dient u bij de TCT-commissie een aanvraag in voor het opnemen van de beoordeelde techniek op de DRT-lijst. Deze commissie doet geen onderzoek, maar beoordeelt het onderzoeksrapport van uw techniek en of voldaan is aan de eisen.

Voor beide stappen geldt dat u zelf het initiatief moet nemen.

Driftarm heeft te maken met de mate van driftreductie van spuittechnieken en doppen. Heeft een techniek of dop een hogere driftreductie dan 75%, dan voldoet deze aan driftarm.

De keuring van veldspuiten vindt plaats volgens een vast protocol. De Stichting Kwaliteitseisen Landbouwtechniek (SKL) is hiervoor verantwoordelijk. SKL geeft op haar website een overzicht van onderdelen waarop uw spuit gekeurd wordt. Hier vindt u tevens adviezen om goed voorbereid naar de keuring te gaan.

U kunt uw spuit of andere machine laten keuren bij één van de door SKL erkende keuringsstations. Niet elk station is bevoegd om alle typen machines te keuren. Vind een erkend en voor uw machine bevoegd keuringsstation bij u in de buurt.

Veldspuiten moeten om de drie jaar gekeurd worden. Ook andere toedieningstechnieken zijn keuringsplichtig, zoals rijenspuiten, spuitinstallaties op zaai- en pootmachines, granulaatstrooiers en verdeelapparatuur voor kiemremmingsmiddelen. Afhankelijk van de techniek is de keuringsfrequentie elke drie of zes jaar. Bekijk een volledig overzicht van keuringsplichtige technieken en keuringsfrequenties.

Elke toepasser van gewasbeschermingsmiddelen moet in bezit zijn van een vakbekwaamheidsbewijs, ook wel spuitlicentie genoemd.
Er zijn verschillende typen vakbekwaamheidsbewijzen; welk bewijs een toepasser nodig heeft hangt af van zijn of haar taken en bevoegdheden. Voor de toepassing van gewasbeschermingsmiddelen in het veld zijn de licenties Bedrijfsvoeren Gewasbescherming (BG) en Uitvoeren Gewasbescherming (UG) het meest gangbaar. Voor bepaalde eenvoudige handelingen volstaat het hebben van veiligheidsinstructie.

Een volledig overzicht van licenties en regelgeving hieromtrent is te vinden op de website van Bureau Erkenningen.

Het Nederlandse protocol voor keuring van veldspuiten voldoet aan een Europese norm en wordt daarom ook erkend in andere lidstaten van de EU. Hierdoor mogen boeren en loonwerkers met een SKL gekeurde spuitmachine ook in België en Duitsland spuiten. Daarbij hebben zij uiteraard wel te voldoen aan de daar geldende middeltoelatingen, regels voor emissiebeperking, etc.

Vanuit de regelgeving en het wettelijk gebruiksvoorschrift gelden er ook eisen aan andere aspecten waar u tijdens het spuiten aan voldoen? (dus onder welke omstandigheden mag je wel/niet werken?)
o Juiste druk (link naar logger)
o Windsnelheid
o Rijsnelheid
o Spuitboomhoogte